Ik was er al menigmaal langsgelopen. Om mij heen hoorde ik er zúlke goede verhalen over, dat mijn nieuwsgierigheid het uiteindelijk won van mijn angst naar het onbekende. Bikram Yoga moest het helemaal zijn. Op een dag trok ik de stoute sportschoenen aan en boekte een sessie in de tot 38 graden verwarmde yogastudio aan de Korte Prinsengracht. Zou het mij lukken om mijn lichaam, net als de dames van de foto’s op de website, onder meer tot een Indische Waterlelie te vouwen? En daar zat ik dan, tussen voornamelijk ranke en sierlijke vrouwen die aan het begin van de les zwijgzaam voor zich uit zaten te staren alsof de overledene elk moment kon worden binnengedragen.
En daar kwam ook de instructeur binnen, die in het bezit was van een jaloersmakend glanzend, glad en gespierd lichaam. Pal naast mij nam een man plaats, die zijn handdoek op een centimeter naast de mijne plaatste. Hij plofte achterover, gooide zijn armen naar achteren en sloot zijn ogen. Ik hing zowat met mijn neus in zijn harige oksels. En daar begonnen we. In die bloedverziekende warmte deden wij en masse een halve maan pose, gevolgd door de adelaarshouding.
Lees ook: Haast je langzaam!
Al na 5 minuten werd het mij teveel en lag ik naar adem te happen op een versleten HEMA Takkie handdoek. Telkens als de docent mijn richting opkeek, deed ik alsof ik nog altijd actief meedeed. Ik vervloekte de receptioniste, die mij een dag eerder verzekerde dat deze sport voor alle niveaus toegankelijk zou zijn. Terwijl de dametjes om mij heen hun lenige lichamen moeiteloos in allerlei houdingen bleven kronkelen, lag ik als enige in de volgens wetenschappers ultieme slaaphouding: volledig horizontaal, ontspannen en roerloos.
‘Kom op, nog een paar oefeningen’, pepte ik mezelf op. Inmiddels waren ‘we’ bij een merkwaardige houding aangekomen. Het meisje naast mij voerde ‘m perfect uit en lag, met haar achterwerk omhoog, geduldig naar haar kruis te kijken. Haar sluitspieren waren kennelijk nog ongetraind en zodoende klonk er een kort en zakelijk windje door de zaal. Slechts 1 persoon, je kunt wel raden wie, moest daar zó verschrikkelijk om lachen, dat mijn tranen zich met mijn zweetdruppels vermengden. Dit tot grote ergernis van de andere deelnemers, die na 90 minuten wél moe, fit en voldaan het meurende hok verlieten, nog altijd met diezelfde emotieloze gelaatsuitdrukking. Buiten slaakte ik een zucht van verlichting. Het zat erop. Het was lang geleden dat ik mijn lachspieren zó perfect had getraind.
Martijn van Stuyvenberg
Hoofdredacteur Mokum Magazine