Mokum Magazine hoofdredacteur Martijn van Stuyvenberg (46) zit dit jaar 25 jaar in het vak. Hij werkte voor de grootste tijdschrifttitels van Nederland en interviewde (inter)nationale wereldsterren als Beyoncé, Eminem, Robbie Williams, Enrique Iglesias, Janet Jackson, Jody Bernal en Rihanna. In ‘Off The Record’ vertelt hij de verhalen achter de schermen.
In 2009 bracht ik om precies te zijn drie kwartier van mijn leven door met Christina Aguilera. Ze had net haar eigen parfum ‘By Night’ gelanceerd en ik was een van de uitverkorenen om haar te interviewen in Los Angeles. Kosten noch moeite werden gespaard: we vlogen business class en we verbleven een aantal dagen in een prachtig hotel in de verrukkelijke City of Angels. Werkelijk niets werd er aan het toeval overgelaten en we hadden een druk ‘werkschema’. Zo zat ik op de eerste dag in het favoriete theewinkeltje van mevrouw Aguilera, bezochten we haar favoriete lingeriezaak (enorm veel van opgestoken), we lunchten en dineerden in haar favoriete restaurants en we kregen ‘parfumles’ van de man met wie zij haar luchtje had samengesteld. Kortom: een beautyreisje met geen wolkje aan de lucht. Pas op de allerlaatste dag stond de ontmoeting met Christina gepland. Omdat ik van collega’s verschillende verhalen over haar had gehoord, wist ik niet zo goed wat ik kon verwachten. De één vond haar ‘wel aardig’, de ander vond dat ze ‘de warmte had van een vrieskist’. Dat soort informatie kun je altijd met een paar korreltjes zout nemen. Het is net als wanneer er in de Volkskrant staat dat een film klote is: ga er dan zo snel mogelijk naartoe!
Omdat ik drie kwartier de tijd had voor 3 verschillende tijdschriften, had ik mezelf voorgenomen om voor elk blad een kwartier uit te trekken. Vlak voor het interview nam ik de insteek voor elk magazine en de bijbehorende vragen nog eens door en had ik – voor het geval ze stiekem toch het langdradige type was – kruisjes gezet voor de vragen die ik absoluut niet mocht vergeten.
Vijf minuten later werd ik aan haar voorgesteld. Eerste indruk: slonzig, geen humor, maar misschien best aardig. Al na twee vragen verbaasde ik me over het feit dat ze een soort van ingebouwde obligate beleefdheid had. Op elke vraag gaf ze in 2 à 3 zinnen zorgvuldig en staccato antwoord waarna ze zweeg en mij strak bleef aankijken, zo van: ‘nou, hup, volgende vraag!’ Al na 25 minuten was ik door mijn complete vragenlijst heen. En wéér bleef ze me aanstaren met die blik van: ‘had je nog wat?’
Ik kon twee dingen doen: haar bedanken voor het gesprek, óf informeren of ze het goed vond dat ik haar nog wat extra vragen zou stellen. Ik koos voor dat laatste. ‘Sure’, zei de gezellige kletsmajoor. ‘Ik heb nog wat vragen van lezers bij me’, loog ik. ‘Cool’, antwoordde ze. Uit mijn werktas pakte ik een willekeurige blocnote en ik deed net alsof ik wat vragen van de doelgroep voorlas. Geen idee waar ik het vandaan haalde, maar ik schudde de ene na de andere flauwekulvraag uit mijn mouw. Van ‘ben je gelukkig?’ tot ‘wat is het allerbeste advies dat je ooit hebt gekregen?’ en ik verzon er telkens een Nederlandse voornaam bij. ‘This question is from Truus, that’s a real Dutch name’, zei ik. Het was een poging om haar aan het lachen te krijgen, maar Truus boeide haar voor geen meter. Als een geoliede praatmachine bleef ze professioneel en stoïcijns antwoorden op elke vraag. Na drie kwartier had ik voor minstens vijf bladen een artikel. Niet eerder had ik het meegemaakt dat iemand zó flegmatisch tegenover me zat.
Aan het einde van het gesprek kwam er een fotograaf, die een paar minuten de tijd nam om Christina en mij te fotograferen. Zwijgzaam zaten we naast elkaar naar het vogeltje te lachen. ‘Waarom maakte die man nou zoveel foto’s?’, vroeg ik aan iemand van haar team. ‘Omdat het belangrijk is dat het flesje op de achtergrond goed in beeld is én omdat Christina zelf de leukste foto voor je gaat uitzoeken (oftewel: waar zij zelf goed opstaat). Die foto ontvang je over een paar dagen.’ En inderdaad, na enkele dagen werd mij de foto gemaild. Van enthousiasme – omdat die kale toch ook best aardig is vastgelegd – heb ik ‘m een tijdlang op LinkedIn als profielfoto gebruikt. Totdat ik uiteindelijk een chatbericht ontving van een connectie, die aan mij vroeg: ‘zeg, ik vraag me nu al een tijdje af wie die blonde vrouw die naast jou zit is?’ Toen ik hem uitlegde dat dit de wereldberoemde Christina Aguilera is, antwoordde hij: ‘oh gelukkig. Ik dacht al: wat heeft die man een ordinaire vriendin!’
Christina Aguilera