‘Als je een zootje van de openbare ruimte maakt, ruim het dan ook alsjeblieft op!’ Tot zover de ergernis van wethouder Ivens, die op Nieuwjaarsdag – nota bene met een geel hesje aan – de stadsreiniging te hulp schoot. Terwijl half Amsterdam zijn roes nog lag uit te slapen, stond Laurens zich voor dag en dauw op het Belgiëplein uit te sloven en hij wond zich op over alle rotzooi. ‘Jammer dat het nodig is om de straat op te gaan om alles weer schoon te maken’, sprak hij beteuterd. Maar met dit soort uitingen van verbolgenheid, gevolgd door een verwijt krijgt natuurlijk geen enkele Amsterdammer instant spijt. Vrijwel niemand zal gehoor geven aan zijn dringende oproep om je bende voortaan zelf op te ruimen. Dit terwijl straatafval nog altijd de grootste ergernis is, gevolgd door geparkeerde fietsen, lawaai, ratelende rolkoffers, bouwoverlast en marihuana- en wafelwalm.
Dat je je eigen rotzooi zelf moet opruimen is niets meer dan een zinloze sommering. Zou het Vondelpark deze zomer verschoond blijven van alle lege flessen wijn, blikjes bier en zakken chips? Zouden de schreeuwende, kotsende en wildplassende toeristen zich nu enigszins inhouden na deze dreigende woorden van onze wethouder Openbare Ruimte? En zouden hangjongeren bibberend van angst hun lege lachgaspatronen, KFC-verpakkingen, joints en strips oxazepam weghalen uit de Tuinen van West in Osdorp? Ik durf te wedden dat rotzooi voorlopig nog wel even een gemeenschappelijke vijand van ons allemaal is en blijft.
Schone steden zijn van levensbelang
Op de website amsterdam.nl wordt een aantal suggesties gegeven wat je zoal kunt doen om een schonere stad te bewerkstelligen. Ik vrees dat vooral Ivens daar heel blij van wordt. Zo kun je een ondergrondse afvalcontainer adopteren, een boomtuintje voor je deur aanleggen of een wormenhotel aanvragen. In een wormenhotel maken zo’n 100 wormen dag in dag uit hoogwaardige compost. Ik lees alleen wel dat er een wachtrij is en de gemeente nieuwe aanvragen niet meer in behandelingen kan nemen. Jammer, het had me nou zo leuk geleken om een composteercursusje te volgen samen met al mijn knusse Haarlemmerbuurtgenoten!
Schone steden zijn van levensbelang. We hebben recht op een gezonde, frisse en prettige leefomgeving voor de stad. Niemand is vies van een schone stad. Maar dat bereik je niet door als stadsbestuurder op 1 januari van het jaar verontwaardigd vuurpijlen te gaan prikken in Nieuw Sloten, maar door allereerst bewoners en ondernemers en vooral iedereen met een veegwagen, knijptang of hondenpoepzuiger vele malen beter te belonen als ze een bijdrage leveren aan een verzorgde uitstraling van de allerdrukste plekken. Maar ook door een intensievere samenwerking tussen medewerkers van afvalinzameling en handhaving te bewerkstelligen en last but not least: gigantisch hoge boetes uitdelen aan vervuilers. In Amsterdam schijnt er een boete van 130 euro op te staan als je je rotzooi op straat slingert, maar uit onderzoek is gebleken dat er nagenoeg nooit een bon voor wordt uitgeschreven. Met andere woorden: als je een zootje maakt van je gemeentelijke afvalbeleid, ruim het dan ook alsjeblieft op!
XXX
Martijn van Stuyvenberg
Hoofdredacteur Mokum Magazine
